Een vol hoofd, spanning in je nek en schouders, al die ‘moetjes’ die elke dag op het programma staan… Al die vragen die je er ongevraagd bovenop krijgt en waarop men (nu) een antwoord van jou verwacht… Onze hersenen lopen elke dag meerdere marathons om de chaos in onze gedachten te ordenen en onder controle te houden. Als een echte topsporter presteert ons brein iedere dag opnieuw alsof er een medaille te winnen valt.
Hoeveel gedachten passeren er nu eigenlijk tussen onze beide oren? Uit onderzoek blijkt dat we als mens gemiddeld een 40.000 à 60.000 gedachten per dag hebben (sommigen beweren dat het er zelfs veel meer zijn). Dat is ongeveer 1 gedachte per 1,5 seconde. Hiervan blijkt een 70 à 90 % niet effectief of zelfs negatief. Say what?!
Al sinds 2016 werk ik als mental coach. Mijn cliënten boeken vooruitgang en daar haal ik tot op de dag van vandaag veel voldoening uit. In mijn vriendenkring complimenteert men mij regelmatig omdat ik hen (vaak onbewust) help met het structureren van hun gedachten en het stellen van kritische vragen, zodat zij kunnen reflecteren over hun uitdagingen. Mijn ego vierde al vaak feest, tot mijn osteopaat mij een tijdje geleden met beide voeten op de grond zette… Mijn nek en schouders zaten vast, waardoor ik vaak hoofdpijn had, en ik bleef een zeurende pijn voelen in mijn achillespees. De osteopaat wees me erop dat hij al veel mental coaches op zijn tafel had zien passeren, en hij lichtte toe dat ‘wij’ te veel denken en vergeten te voelen. Slik… dat was er boenk op! Ik racete van de ene leuke opdracht naar de andere, maar nam de tijd niet om te voelen wat bepaalde zaken met mij deden. Ik had mijn emoties zo ver weggestopt (want rationeel vond ik altijd wel een oplossing voor een probleem) dat mijn lichaam verplicht werd om mij een halt toe te roepen. En daar zat ik dan, helemaal perplex van hoe accuraat zijn analyse was. Dat was voor mij het moment waarop ik besliste om zelf meer aandacht te geven aan wat ik voel, aan mijn ademhaling, en aan wat mijn emoties en lichaam me vertellen.
Wij vinden het heel normaal dat ons lichaam heel ons leven lang ‘gewoon’ ademt. Dag in, dag uit. Ons autonoom zenuwstelsel, dat bestaat uit een sympatisch zenuwstelsel (= onze gaspedaal) en een parasympatisch zenuwstelsel (= onze rempedaal), doet dit voor ons, zonder dat wij erover moeten nadenken. Helaas zetten wij dat zenuwstelsel onder enorme druk in de huidige samenleving: alles moet snel en goed gaan, we plannen onze deadlines net te krap omdat we efficiënt willen zijn, en we racen door de dagen. Door deze levensstijl drukken we constant op de ‘gaspedaal’.
Als je met de auto rijdt is het aan te raden om ook regelmatig eens op je ‘rempedaal’ te duwen, en zo werkt het ook in ons leven. Gebeurt dat niet, dan geraakt je sympatisch zenuwstelsel in overdrive. Rustig nadenken wordt dan al gauw onbegonnen werk, en mogelijk geeft het ook lichamelijke kwalen als dit te lang aanhoudt.
Wat kan je doen om jouw ‘rempedaal’ in te drukken?
Ik deel graag mijn meest effectieve tips met jullie.
Tip 1 : ga zitten en adem
Mijn zoontje van (toen) 4 jaar zei dit ooit letterlijk tegen mij toen hij irritatie hoorde in mijn stem voor een deugnietenstreek die hij uitgehaald had: “Mama, ga zitten en adem.” Hoeveel wijsheid kan er uit een kindermond vloeien… Hoe kan je via je ademhaling je ‘rempedaal’ activeren?
Ga zitten op een stoel, of ga even liggen als dat comfortabeler voelt, en leg een hand op je buik. Adem in eerste instantie een paar keer gewoon in en uit en observeer jouw ademhaling: is ze hoog in de borst, of laag in de buik? Is ze snel of eerder traag? Probeer systematisch je ademhaling te doen zakken naar de buik: als je inademt vul je je buik met lucht, en als je uitademt voel je je navel weer richting ruggengraat bewegen. Zodra dit onder controle is kan je het ritme van je ademhaling bewust gaan aanpassen: start met 4 tellen inademen – 4 tellen vasthouden – 4 tellen uitademen, om dan te evolueren naar 4 tellen inademen – 6 tellen vasthouden – 8 tellen uitademen. Herhaal dit een 6-tal keren. Door langer uit te ademen dan in te ademen wordt je parasympatisch zenuwstelsel geactiveerd.
Tip 2: durf je emoties voelen en benoem ze
Durf te gaan zitten met je hand op het hart, en voel. Voel wat de stilte met je doet gedurende enkele minuten: welke sensaties ervaar je in je lichaam? Wat kan je waarnemen met je zintuigen? Welke gedachten passeren er misschien? En welke emoties voel je? Laat alles wat je maar voelt er gewoon ‘zijn’, zonder oordeel. Alles is OK. Er is geen goed of slecht.
Kan je je emoties benoemen? Voel je je ‘bezorgd’, of is dit eerder ‘verward’, of ‘angstig’, of ‘paniekerig’. Vaak ervaren we een gebrek aan woordenschat om deze verschillende gradaties in onze emoties concreter te kunnen omschrijven. Nochtans is dit zeer waardevol om ermee aan de slag te kunnen gaan als je een patroon herkent. M.a.w. als je denkt dat je ‘bezorgd’ bent, maar door deze oefening vaststelt dat het angst is dat je voelt, dan kan je onderzoeken wat jou angstig maakt en hoe je hiermee om kan gaan. Op het internet vind je gemakkelijk lijsten met de verschillende emoties. Deze kan je ook gebruiken om de emoties van je kind samen te bespreken.
Tip 3: kom in beweging
Als je hoofd te vol zit kan je niet helder denken. Ons lichaam staat op spanning en ons eerste focuspunt is dan ook om beweging in ons lichaam te brengen zodat de energie weer kan stromen. Zoek daarom naar wat voor jou werkt: wandelen in de natuur, dansen, muziek spelen, actieve spelletjes spelen met je kinderen, fietsen, yoga, pilates, …
Bepaal zelf de intensiteit en frequentie, maar zorg dat je enkele keren per week matig beweegt. Naast een aantal lichamelijke voordelen, en stofjes (neurotransmitters) die vrijkomen in de hersenen, zal je merken dat je brein weer in staat is om vanuit een helicopterview naar de zaken te kijken, in alle rust.
Tip 4: breng structuur in je gedachten
Als je gedachten van het ene naar het andere springen zoals een aap van de ene naar de andere tak springt, dan spreken we over een ‘Monkey Mind’. Dit geeft stress in je lijf, dus heb je er alle baat bij om je gedachten enigszins te structureren. OK, hier ga je wel weer ‘nadenken’ i.p.v. te voelen, maar doordat je je gedachten gaat opschrijven, maak je wel weer plaats in dat overvolle hoofd van jou, en breng je mentale en lichamelijke rust. Neem pen en papier (of een leuk schrift) en schrijf je gedachten op. Dit kan in de vorm van een dagboek dat je enkele keren per week invult. Na enkele weken kijk je dan even terug op wat je genoteerd hebt en vaak zie je bepaalde woorden of thema’s terugkomen. Deze patronen geven je veel informatie om mee aan de slag te gaan. Zijn het zaken die buiten je invloedssfeer vallen? Laat ze los en focus op de zaken waar je wél invloed op hebt.
Tip 5: train jezelf op het zien van het positieve
Betrap je jezelf erop dat je geneigd bent om eerder naar het negatieve in een situatie te kijken? Goed nieuws: je kan dit veranderen door jezelf te trainen op het zien van het positieve! Weet dat elk nadeel ook een voordeel heeft. Soms moet je het gewoon leren zien.
Denk ’s avonds, aan het einde van je dag, na over minstens 3 dingen die positief waren, ook al had je misschien een moeilijke dag. En voél dan wat dit met je doet. Na een tijdje stel je vast dat je vooral aandacht geeft aan de positieve ervaringen, én dat dit impact heeft op je energieniveau. En belangrijk: alles wat je aandacht geeft, groeit! Ook dat goed gevoel dus!
Durf vertragen, durf voelen… Ga zitten, en adem…